29 mei 2011

Manifest

Er wordt gewerkt vanuit en met het lichaam.
(Het lichaam slaat voor jaren informatie op en vergeet minder snel dan de geest/ziel/ratio.)
Bedoeld wordt: 

Het lichaam dat bestaat vanuit de diepere lagen van de geest/ziel/ratio. 
Vanuit die lagen waarin het niet meer gaat om deze of gene wapenfeiten, 
om encyclopedische of wetenschappelijke kennis, 
om wereldkundige en/of historische feiten, 
om wat door allerlei dichtbije of veraffe instanties opgelegd of voorgeschreven wordt, 
om politieke voorkeuren en argumentaties, 
om sociaal engagement, 
om ijdelheid, macht, aanzien of andere streverijen, 
om praktische handigheid, om kleurkennis, om esthetiek en inzicht of stevigheid 
maar wel om hetgeen waar geen benaming voor gevonden kan worden.
Het lichaam wordt beschouwd als wijs en eeuwig en universeel. 
Het ‘lichaam’ is niet van mij alleen. 
Het is zoals dat van de ander.
Het is opgebouwd uit stofdeeltjes die in het universum rondvliegen en aan allerlei steeds veranderende condities onderhevig zijn. 
Het is hierin verbonden aan alle andere lichamen -hoewel elke menselijke deeltjessamenstelling anders reageert op alle steeds veranderende condities. 
Het lichaam is baas. 
Tegelijk is het onderworpen aan de eigen beperkingen. Want maken ook deel uit van het lichaam: 
de weerbarstige hersenen en ogen. 
En de opgedane ervaringen.
Tijdens het werkproces wordt het omgaan met deze beperkingen (vooroordelen) - de weerbarstige ogen en hersenen en de opgedane ervaringen- centraal gesteld.
TIJDENS HET SCHEPPEN
wordt er geen gebruik gemaakt van alcohol of drugs.
Er wordt geen horloge gedragen (nooit)
Er wordt gewerkt op blote voeten of sokken.
Er wordt gebruik gemaakt van beperkte zeer direct hanteerbare materialen 

(Griet Menschaert, 2011)